Meten en maten | Tijd aflezen van de tijd klas 2: |
Tijd aflezen van de tijd klas 2
Vanuit de beweging
Een klok bewegen in de klas.
Er staan 12 kinderen in een cirkel. Een kind is de grote wijzer. De ander is de kleine wijzer.
1. De grote wijzer loopt een hele ronde en de kleine wijzer maakt maar een stap naar het volgende cijfer.
2. Er wordt een gedicht gesproken:
Grote wijzer: "Ik ren rond een hele baan."
Kleine wijzer: "Ik maak een stap, ik doe het rustig aan die grote rent voor mij te rap.
Hij een keer rond, ik een stap”.
3. Vervolgens gaat de kleine ergens staan terwijl de grote op 12 blijft staan.
4. Vervolgens mag de grote op 12 of 6 gaan staan.
5. Daarna op de kwartieren en tenslotte op elke willekeurige plaats.
Overige activiteiten
Kinderen maken een klok en verdelen hem in 12 parten.
In het begin laten we de kinderen alleen de gehele uren lezen.
We bouwen dit daarna uit naar de halve uren, de kwartieren en minuten.
Vaak oefenen en herhalen/uitbouwen is belangrijk om het begrip van de tijd om te zetten in de vaardigheid van het lezen van de tijd.
Met kinderen oefenen om vanuit een bepaalde tijd verder te denken.
Hoe laat is het?
Hoe laat is het over een uur?
Hoe laat was het een uur geleden?
Hoeveel tijd zit er tussen… en….? Dit thema komt natuurlijk in de komende jaren tijdens periodes steeds terug.
(Denk maar aan het spoorboekje/ tijd en snelheid enz)